Llevar en traer

Weet jij wanneer je llevar moet gebruiken en wanneer traer? Wij leggen je het precies uit en vertellen je hoe je llevar en traer moet vervoegen.

Llevar en traer

Llevar en traer zijn twee werkwoorden die erg op elkaar lijken in het Spaans. Beide werkwoorden zouden we in het Nederlands vertalen als meenemen of brengen/meebrengen. Toch kun je ze niet beide op hetzelfde moment gebruiken en heeft zowel llevar als traer een specifieke functie.

Wanneer gebruik je llevar?

Je gebruikt llevar wanneer iets gebracht naar een andere plek dan waar jij als spreker op dat moment bent.

Iets of iemand wordt dus naar een andere plek gebracht dan waar je je nu bevindt. Enkele voorbeelden van wanneer je llevar moet gebruiken;

  • Ik breng het fruit naar hem
  • Ik breng het tijdschrift naar jou
  • Ik neem hem mee naar het concert

Wanneer gebruik je traer?

Je gebruikt traer wanneer iets wordt gebracht naar de plek waar jij als spreker je op dat moment bevindt.

Iets of iemand wordt dus van een andere locatie naar jou toegebracht. Je gebruikt traer in de volgende voorbeelden;

  • Hij brengt mij het tijdschrift
  • Hij neemt een paar vrienden mee naar mij
  • Hij neemt het boek mee (hij neem het boek mee naar het moment waar ik op dit moment ben).

Zoals je in het laatste voorbeeld ziet is het dus ook belangrijk om de context te weten. Iemand kan dus ook zeggen dat iemand iets meebrengt, maar is deze persoon zelf op deze locatie dan moet je traer gebruiken.