El preterito indefinido
Wat is de preterito indefinido?
Het is een van de tijden die je het vaakst moet gebruiken. Maar wat is de preterito indefinido nu precies? De preterito indefinido gebruik je om een handeling te beschrijven die volledig in het verleden is afgerond. Hierin verschilt de indefinido dus ook van de imperfecto. Bij de indefinido is de actie wel afgerond.
Hoe vertaal je de preterito indefinido?
Hoe je de preterito indefinido vertaald? In het Nederlands betekent deze tijd de verleden tijd.
Preterito indefinido uitleg
De makkelijkste manier om de indefinido uit te leggen is kortgezegd een actie in het verleden die is afgerond. Maar wanneer gebruik je de indefinido nu echt? Vaak gebruik je de indefinido om te vertellen dat een actie in het verleden is begonnen en ook op een specifiek moment in het verleden is geëindigd.
- Je gebruikt de preterito indefinido om een gebeurtenis te beschrijven op een specifiek moment in het verleden
- Je gebruikt de preterito indefinido om een gebeurtenis in het verleden te beschrijven waarbij de gebeurtenis ook in het verleden is afgelopen.
Preterito indefinido vervoegen
Nu we weten wanneer je de indefinido moet gebruiken is het tijd om te weten hoe je de indefinido moet vervoegen. Het is hierbij van belang dat je het verschil weet tussen de indefinido bij regelmatige werkwoorden en de indefinido bij onregelmatige werkwoorden. We beginnen met de regelmatige werkwoorden in de preterito indefinido.
Hablar (praten)
- Yo hablé = Ik sprak
- Tu hablaste = Jij sprak
- Él / ella / usted habló = Hij / zij / u sprak
- Nosotros hablamos = Wij spraken
- Vosotros hablasteis = Jullie spraken
- Ellos / ellas / ustedes hablaron = Zij spraken
Comer (eten)
- Yo comí = Ik at
- Tu comiste = Jij at
- Él / ella / usted comió = Hij / zij / u at
- Nosotros comimos = Wij aten
- Vosotros comisteis = Jullie aten
- Ellos / ellas / ustedes comieron = Zij aten
Vivir (leven)
- Yo viví = Ik leefde
- Tu viviste = Jij leefde
- Él / ella / usted vivió = Hij / zij / u leefde
- Nosotros vivimos = Wij leefden
- Vosotros vivisteis = Jullie leefden
- Ellos / ellas / ustedes vivieron = Zij leefden
Preterito indefinido verbos irregulares vervoegen
Maar ook bij de preterito indefinido zijn er een behoorlijk aantal onregelmatige werkwoorden (verbos irregulares). Helaas ben je er met het leren van deze onregelmatige werkwoorden voor de indefinido nog niet direct.
Bij de preterito indefinido veranderen namelijk ook de uitgangen van de onregelmatige werkwoorden. Extra veel leren dus.
- Hacer = Hic-
- Haber = Hub-
- Poner = Pus-
- Poder = Pud-
- Querer = Quis-
- Venir = Vin-
- Tener = Tuv-
- Estar = Estuv-
- Saber = Sup-
- e
- iste
- o
- imos
- isteis
- ieron
- Decir = Dij-
- Conducir = Conduj-
- Producir = Produj-
- Traducir = Traduj-
- Introducir = Introduj-
- Reducir = Traduj-
- Traer = Traj-
- e
- iste
- o
- imos
- isteis
- eron
Signaalwoorden voor de preterito indefinido
Doordat je de preterito perfecto, preterito imperfecto en de preterito indefinido hebt, kan het lastig zijn om ze deze spaanse tijden uit elkaar te halen. Je weet hierdoor niet welke tijd dat je moet gebruiken. Dé tip? Let op de signaalwoorden!
De indefinido is namelijk makkelijk te herkennen. Doordat de afgeronde actie centraal staat bij de indefinido, dien je te letten op signaalwoorden die het verleden uitdrukken. Enkele voorbeelden?
Ayer = Gisteren
La semana pasada = Vorige week
En 1996 = In 1996
El verano pasado = Vorige week
Preterito indefinido oefeningen
Meer leren zoals de preterito indefinido?
Wil jij graag meer leren zoals de preterito indefinido? Kijk dan eens bij ander vormen van de Spaanse verleden tijd zoals de preterito perfecto en de preterito imperfecto. Wil je ook meer weten over de tegenwoordige tijd en de futuro? Dan kijk je bij alle Spaanse tijden.
De indefinido is een gebeurtenis die volledig in het verleden is afgerond. Je gebruikt de preterito indefinido dus om een specifiek moment in het verleden te beschrijven of om een actie te beschrijven die in het verleden is geëindigd.
De preterito indefinido is een Spaanse verleden tijd. Deze wordt gebruikt voor acties die in het verleden zijn begonnen en ook in het verleden zijn geëindigd. Voorbeeld:
- Ayer hablaron = Gisteren spraken zij elkaar
De indefinido is een Spaanse verleden tijd die je gebruikt voor acties die al geëindigd zijn in het verleden.
Het vervoegen van de preterito indefinido is simpel. Voor werkwoorden die eindigen op -ar krijg je de volgende uitgangen “ é, aste, ó, amos, asteis en aron ”. Werkwoorden die eindigen op -er en -ir krijgen dezelfde uitgangen. Deze zijn; “ í, iste, ió, imos, isteis en ieron “.